Totaal aantal pageviews

dinsdag, januari 23, 2007

Breekbek




We beginen even met wat reclame-slogans:
Schoonmaakazijn van Albert Heijn.
Dat is er op zich al een, maar deel twee alhier:
Omdat ik niets meer haat dan een verstopt Senseo-apparaat.
Je komt nog eerder van je gat, met pillen van Seroxat.
Je levert je passagiers nog vlotter af, met een autobus van 's Neerlands Daf.

Je Senseo of je douchekop raakt verstopt na verloop van tijd. Nou geen flauwe grappen over zoeken en vinden, nee, het is echt een euvel, zeg maar. Euvels zijn er om te duiden en om opgelost te worden. Zoals suiker in de thee. Dat komt door kalk. Iedereen kent die fantastische reclame van Calgon natuurlijk wel. Wat net zo goed helpt, maar vele malen goedkoper is, is gewoon azijn, of nog een stap goedkoper: schoonmaakazijn. Groene fles, kost geen moer en lost alle kalk op. Prima spul. Ramen lappen? Schoonmaakazijn in water opgelost. Mijn god. Droogwrijven met oude kranten. Schoner en streeplozer bestaat niet, of je zou je raam er definitief uit moeten halen.

Trouwens, je zou de mensen de kost moeten geven die niet eens fatsoenlijk hun huis kunnen schoonmaken. Je ziet wel eens mensen in de weer met stofzuiger, dweil en schrobber op een manier die je tenen doet krommen. Ja, óók jullie, dames! Ik heb in de horeca gewerkt, beginnend als afwashulp voor de weekends, later opgeklommen tot stamppotenprakker en biefstukkenbakker. Brood, Bruinsma, Cruijff en Moskowitz hebben vele malen vam mijn diners gesmuld. Twee ervan zijn dood. Een relationeel verband is -ik blijf het benadrukken- nooit officieel aangetoond.
Ik pleit er al jaren voor, dat iedereen die net van school komt eerst een jaar in de horeca gaat werken. Keuken of bediening, het maakt geen moer uit. Dáár leer je wat hard werken is, en dáár leer je boenen, schrobben en poetsen. Ook op de kutplekkies, en ook achter dat apparaat en ook onder dat ding. Schoon. Niet effe een lappie erlangs, nee: schoon.

Goed. Schoonmaakazijn dus. Die bende ontkalkt.
Ik heb -het is een fijne familiekwaal- bij tijd en wijle last van nierstenen, dwalend gruis en de daarbijbehorende vlammen pissen uit mijn lul. Niet uit mijn neus, neen: uit de lul. Vlammen.
Nu deert een vlammende lul mij niet meer zo als vroeger. Een vlamlul betekent namelijk dat de kalk (want daaruit bestaan de meeste stenen voor het grootste gedeelte) mijn goddelijke lichaam verlaat. Goed, bij het verlaten van het etablissement slaat het nog even fijn met de deur en maakt het je uit voor klootzak, maar het is tenminste opgerot. Met de vlam in de pijp kan ik kortom weer een paar maanden of jaren verder. Avec la flamme dans la pipe.
Erger is het als je dagenlang pijnen in je nierstreek hebt (of, zoals ik dat zelf noem: godverdomme steken in me leier), en géén vlampijp. Dat betekent over het algemeen dat je een soort van sneeuwbal van kalk aan het kweken bent ergens tussen je nier en je pisgat. Dat moet er dan operatief uit, of vergruisd worden. Beide zaken zijn geen pretje, ik spreek uit ervaring.

Maar daar is de oplossing: drink elke dag een liter azijn. Ik weet het zeker. Kan toch niet anders? Helaas werkt dat niet. Maar waarom niet? Ik kan mijn bek daar echt over breken, hoor. Waarom ontkalkt azijn waterleidingen, douchekoppen en Senseo's, maar lost het niet je nierstenen op? Waarom ontvet alcohol alles, maar hebben mesen met obesitas geen baat bij dagelijks een halve liter wodka? Waarom word je van alcohol zelfs alleen maar dikker?
Hoe komt het dat je niet onzichtbaar wordt als je een doorzichtige regenjas aandoet?

Gek word je ervan. Helemaal gek.
Auw.

Geen opmerkingen: