Totaal aantal pageviews

woensdag, augustus 23, 2006

The man with the child in his eyes




Zoals wel vaker, begin ik ook deze blog met de zin:

Ik ben moe.
Slapen doe ik goed, maar te kort. Denken doe ik te lang.
Voelen doe ik te diep en missen doe ik te snel en herinneren doet, zonder reden, een beetje pijn.

Elkaar net ontmoet, uit mijn ooghoeken glurend naar haar lekkere kont terwijl ze staat te pinnen op de Dam. Njam.
Ik was vanavond bij papa en mama langsgegaan.
Papa en mama zijn, hoe corny het ook klinkt, normaal gesproken toch twee van mijn buddies. Matties. Ik kan over alles met ze lullen, met papa over mannendingen en met mama over gevoel, emotie, voelen, missen en huilen. Hoewel de band met papa er een is waar menig kerel jaloers op mag zijn, is de band met mama een.....misschien niet diepere, maar een iets meer.....emotionelere. We delen iets, iets wat ik van mama heb en niet van papa. Eigenlijk komt het van de mama van mama vandaan, we noemen dat mens voor het gemak oma.

Het weekend erna. Samen op een terras voetbal kijken met een koud biertje erbij en samen naar de stand-uppers kijken en samen schaterlachen om de herkenbare humor. De eerste vlinder vliegt langs. Ze had wel bij me willen slapen, bleek achteraf. Altijd achteraf.
Oma is alweer een paar jaar dood. Om de een of andere reden hadden we die laatste paar jaar een soort van band, zonder dat we elkaar nou platbelden of zagen. We deelden en dat was genoeg. Herkenning. Voelen, voorspellen en bizarre, haast onverklaarbare zaken. Geen Jomanda-gelul, maar allicht voor buitenstaanders eng en om weg te honen. Onbegrip, maar het is er godverdomme nou eenmaal, dus ook zonder te zweven en in bullshit te gaan geloven, weet ik dankzij haar dat er (gatverdamme) meer is tussen hemel en aarde en dat dood niet per sé echt dood is. Meer zeg ik er niet over; ik wil wel nog enigszins serieus genomen worden als het even kan.

Samen naar het bosstrand. Honkballetje overgooien en elkaars serieuze kant leren kennen. Jezus, wat gooit ze hard voor een meisje en wat vliegt deze dag voorbij.
Vanavond was ik dus bij de twee oude hippies, en ik zag daar voor de honderdste keer dat konijn in hun slaapkamer staan. Ineens realiseerde ik me: dat is mijn konijn. Van vroeger. Van het kind Ar, die nog steeds in me woont. Mama, dat is mijn konijn he? Ja, wil je hem meenemen? Hmmm kweetniet. Wat moet ik met een konijn? Toch maar even oppakken. Oh ja, ik weet het allemaal ineens weer. Van oma gekregen, ik moet een jaar of vijf zijn geweest want ik was net aan mijn amandelen geopereerd. Dertig jaar oud is het konijn nu. Of....zal ik hem toch meenemen? Mag het? Ja natuurlijk, gek, het is jouw konijn! Neem mee man, is toch niet gek! Nee echt niet? Niet een beetje eh....debiel...? Welnee man! Hier! Meenemen! Hmmm...ok....grijns....thanks mam. Hoi hoi ik heb Konijn weer terug.

Bloemendaal. Ze is jarig en viert het met mij en ze blijft slapen. Het is bloedjesnikheet, zelfs als het al bijna donker is aan het eind van de avond. God, wat vind ik haar leuk.
Konijn staat sinds vanavond op mijn bureau, naast mijn lamp en achter zijn rug staan mijn gitaren. Zijn ene oor hangt en er is een stukje uit, het lijkt net of hij is gebeten door een kat. Vette kans dat dat ook daadwerkelijk is gebeurd. Hij ruikt naar oud. Ooit was hij wit, of meer: gebroken wit of zo. Nu is hij meer grijzig, maar nog steeds is hij Konijn. Ouder en grijzer maar in wezen dezelfde. Komt me bekend voor. Hij heeft een schattig-debiele kop, zo met zijn tongetje eruit en zijn oogjes nauwelijks zichtbaar.

Het Eerlijke Vertellen. Hé, ik vind je leuker dan leuk en als ik je zie heb ik kleine hartaanvalletjes en elke minuut is genieten. Het spijt me, ik kan het niet helpen.
Bon Jovi zingt en Konijn luistert mee. Wild is the wind. New Jersey is een beste plaat. Arjen was achttien en vond het een goede plaat. Konijn was dertien en zoek.

De ander. De pijn en de ruzie. Waar staan wij nu? Ik weet het niet. Nee, ik ook niet. Ga je met hem door? Weet ik niet. En wij? Weet ik ook niet. Fuck. Ja, zeg dat wel. Ik vind het ook kut. Ja. Ja. Ik ga naar huis, het is al laat. Ja, rijd voorzichtig. Doe ik. Kus. Kus. Welterusten.
Tot over drie weken, als je terug bent. Ja, tot over drie weken.
En nu? We weten het allebei niet.
Maar konijn is terug.

Geen opmerkingen: